Sentimenteveel

30 09 2008

Mijn wenkbrauwen gaan automatisch de hoogte in. Ik draai met mijn ogen. Djeezus, wat een onzing. Flauwekul, zever, …. komaaaaaan, een mens is intelligenter dan dat.
Zeker nadat Freaky.be deze blog postte. Kán een mens nóg meer faken????

Vandaag vind ik bij blogs of the day deze blog.

In één keer begrijp ik mensen die Celine draaien op begrafenissen en trouwmissen en doopvieringen. Ze drukt soms uit wat mensen zelf niet kunnen zeggen. Op een dramatische manier. Maar op sommige momenten in je leven grijp je graag terug naar het pure sentiment. Dan is alles rauw en open. Zachte, zeemzoeterige, watterige muziek kan dan een pleister zijn.

Ik kan nog steeds niet naar haar luisteren zonder de suikerspin te voelen. Maar respect … voor alle mensen die verdriet hebben en kunnen huilen. Op één of andere manier, die ik het liefst diep verborgen houd, doet ze dat ook met mij. Dus ik kijk niet …. maar aanhoor haar. Laat het maar eens sijpelen. Vanbinnen en vanbuiten.





Aso-ciaties

30 09 2008

Wanneer ik haar zie, denk ik háár er ook meteen bij. Als ik zijn foto’s bekijk, besluipt me het groene gevoel.

Mijn hoofd distancieert hen van haar … zij, die me opfrommelde als een prop kladpapier en nadien met verbitterde arrogantie in de vuilbak smeet. Zij, die zichzelf omfloerst met voorgewende gevoeligheid, maar vanbinnen harder is dan een kokosnoot. En net zo moeilijk te splijten en te doorgronden.

Ik denk háár er telkens bij. Bij elke ontmoeting, bij elk bericht. In mijn hoofd niet, maar in mijn lijf wel.

Soms mijd ik hen daarom. Terwijl ik dikwijls zo geniet van hun helende aanwezigheid. Want zij is veel zachter dan háár en hij is puurder dan zwarte roddels kunnen kleuren.

Wat zal er het zwaarst doorwegen? Verstand of gevoel? Wil of onkunde?





29 09 2008

Op de grond gerold. Handen krampachtig op mijn buik geklemd. Mijn mond wijdopen. Tranen in mijn ogen.

Ik hoorde mezelf net tegen de kat spreken: “Neen, poes, niet zeuren. Je krijgt eten zogauw onze papa thuiskomt.”

Onnozel, slappe lach, hik.

“Onze papa”, das die van zoonlief. De kat haar papa is onbekend. En dus zeker niet manlief.

Onnozel!





28 09 2008

Leg me Neer Onthoofd mij Telkens weer Zwaai je vlag Triomfeer Geniet mijn pijn En grote zeer.

Jij mag winnen.
Dat deed je trouwens al.





Dom? Dom!

28 09 2008

Soms kan ik, zo geheel spontaan en onbevangen, mijn hart uitstorten.

Achteraf kan ik daar, zo heel diep en intens, spijt van hebben.





Leven is een kaartspel 31

27 09 2008

Klaveren vijf:

U weet niet wat u meemaakt. Dat is waar.





De sleutel kwijt

27 09 2008

van dat kamertje, vér en diep verborgen, met heel veel duistere donkere toegangswegen. Er huist een warmte, geestdrift, hartelijkheid, enthousiasme. Vervoering ingebed door rust, harmonie, evenwicht.

Té veel woorden gebruik ik. Te bloemrijk, té …
Ik ga zwijgen, even zwijgen. Het stil maken in mezelf, en luisteren … want dat doe ik té weinig.

IK zit namelijk in dat kamertje, vér en diep verborgen. En de buitenwereld raast maar door. Maar ik vind mezelf niet meer. Ik ben de sleutel kwijt.





Eerlijk

26 09 2008

Soms zijn mensen eerlijk. Komen ze naar je toe. Spreken ze je aan.

Al is het onderwerp niet fijn, niet positief, niet opbouwend. Maar ze praten, ze zeggen het. Ze krijgen tranen in hun ogen, van frustratie, van verdriet, van moeite, van eigenlijkwegwillenlopenmaarertochvoorgaan. Dat bewonder ik, dat vind ik moedig, dat vind ik straf.

Zoals ik dikwijls zeg: “Straffe madammen, ze kunnen mij krijgen.”

En ja, G., deze keer gaat het wél over u. 🙂





Ik wil niet meer, ik wil niet meer

25 09 2008

Neen, ik doe het niet meer. Me voor een kar laten spannen. De wilde plannen van iemand anders tot uitvoering brengen zonder dat enige inbreng van mezelf mogelijk is. Creatief zijn op een manier die door anderen wordt gedicteerd. Ik doe het NIET meer.

Hoe komt het dan dat ik telefoneer, dirigeer, mail en nog meer om iets in orde te krijgen dat totaal mis gaat lopen? Waarom doet mijn kop, mijn nek en mijn buik weer zo’n pijn?

Misschien verstandiger zijn dan die vorige keer waarbij ik mijn hart en nét mijn ziel niet verloor.

NEEN! Ik zeg het hier en nu.

Nu nog oefenen om  het in hun gezicht te zeggen.





cliché’s en de waarheid…

24 09 2008

– Schoon uren.

– Veel verlof.

– Perfect om te combineren met een huishouden.

– Goed verdienen.

Yep, yep, allemaal waar. U heeft groot gelijk. De cliché’s van het onderwijs, ze zijn waar. Na een jaar ‘buiten’ het onderwijs geef ik het toe. *steekt even de ogen terug in de kassen bij mensen die me al minstens 16 jaar kennen*. Wie had ooit gedacht dat ik zoiets zou toegeven?

Maar sedert een aantal weken weet ik weer waarom ik mijn job één van de zwaarste vind.

Ik werk namelijk jaarlijks met een zeer grote hoeveelheid mensen samen. Mensen die allemaal ontzettend veel persoonlijke aandacht vragen. Mensen die continue beroep doen op mijn innerlijke kern. Mensen die soms denken dat de greenwichmeridiaan door hun …. loopt. (Die laatste zijn de ergste én de reden dat ik er even tussenuit piepte)

Stel: je hebt een klas (zesde leerjaar) van 22 kinderen. Dat zijn 22 leerlingen én (in het beste geval) 44 ouders. In deze tijden van severiteit kan dat laatste getal gemakkelijk oplopen tot 50 of 60 (co-papa’s en mama’s enzo).
Het is mijn overtuiging dat al die mensen recht hebben op mijn volste belangstelling. Hun (stief ofzo)kind zit in mijn klas. Het is de bedoeling dat hij/zij naar het secundair gaat én daarbij de meest juiste optie neemt.

Je mag er bovendien nog bijrekenen dat ongeveer 1/3 van de klas de goeie keuze maakt, 1/3  plotseling naar de Latijnse moet (want ze kunnen toch nog altijd afzakken indien het niet lukt), 1/6 van de klas er geen moer om geeft waar hij/zij volgend jaar terechtkomt en dat het laatste deel van de klas wordt gedwongen de keuze van moeder of vader te volgen. Cru gesteld, ik weet het. Grosso modo komt het daar toch op neer.
Voeg aan het optelsommetje ongeveer een 3 à 4honderd bladzijden per dag te verbeteren. (dat zijn geen academische papers, hoor)
Ik merk dat zoiets me opslorpt. Het vergt veel energie. 1 op 4 kinderen heeft leerproblemen. Ook dat voel ik stevig aan.

En dan moet ik kiezen: ofwel word ik weer ziek en klopt de burnout aan de deur, ofwel trek ik het me allemaal wat minder aan en probeer ik in realiteit te zien waar ik iets kan doen en wat ik moet loslaten.

Niet simpel voor mij. Mijn vuur brandt, om hen te helpen. Omdat ik (verdomme) al veel te veel kinderen in mijn klas kreeg die zich slecht in hun vel voelen, die in de knoop zitten, die met zichzelf geen blijf weten. Maar alle praktische rompslomp absorbeert de tijd die ik daaraan zou kunnen besteden.

Hela, hola … dit is heus geen klaagzang. Mijn job heeft ongelooflijk prachtige momenten.

Ik stel het gewoon even vast. (en misschien wel een aantal onderwijsmensen samen mét mij)

Maar u ben een goede muur. Zo eentje als er in Jeruzalem staat. Mag ik mijn briefje tussen uw stenen steken? Want bij u komen alle mensen, culturen, persoonlijkheden samen. Mag ieder zichzelf zijn en respecteert men elkaar. Das fijn, das schoon … daar zou ik willen aan werken.
Idealist? Ikke? Neeeeje 😉